Oorlogsveteraan Ferry Brandenburg van den Gronden uit Zoetermeer
Oorlogsveteranen zijn de helden van ons land. Mannen en vrouwen die hun leven in de waagschaal gelegd hebben om zich in te zetten voor onze vrijheid en die van anderen. In Zoetermeer wonen meer dan 600 veteranen. TRNDZ sprak met drie van hen: Ferry Brandenburg van den Gronden uit Zoetermeer (1/3)
‘Ik heb een avontuurlijk leven gehad’
Elke oorlog is verschrikkelijk. Veteranen verdienen dan ook alle eer. Toch zijn sommige oorlogen minder bekend zoals die in Nieuw-Guinea. TRNDZ sprak met Ferry Brandenburg van den Gronden die daar streed voor ons land.
Ferry Brandenburg van den Gronden werd in 1936 geboren in voormalig Nederlands-Indië. Tijdens de Japanse bezetting tussen 1942 en 1945 en de daaropvolgende gewelddadige Bersiap-periode woonde hij samen met zijn familie in de stad Soerabaia op het Indonesische eiland Java. In het najaar van 1954 reist hij samen met zijn broer naar Nederland om daar te gaan studeren. Inmiddels woont Brandenburg van den Gronden al vele jaren in Zoetermeer in de wijk De Leyens.
Dit artikel samen met nog meer mooie verhalen offline lezen? Dat kan! Bestel TRNDZ!
“Toen ik net in Nederland was woonde ik in Boskoop waar ik studeerde aan de Rijkstuinbouwschool op de 3-jarige Tropische afdeling. In het dorp kon ik totaal niet aarden. Ik was de enige donkere jongen in het dorp en had moeite met de dorpse mentaliteit,” begint Ferry te vertellen. “Toen ik in 1956 in dienst moest wilde ik in eerste instantie bij de marine. Ik wilde naar Nieuw Guinea omdat mijn familie daar woonde. Ik werd ingedeeld bij het Korps Mariniers en werd in 1957 uitgezonden naar Nieuw-Guinea.”
Het waren roerige tijden. Vanaf dat jaar nam Indonesië steeds meer maatregelen tegen Nederland waardoor een conflict met de voormalige kolonie Nieuw-Guinea ontstond. In 1959 maakte het nieuwe kabinet de Quay zich sterk voor het behoud van Nieuw-Guinea en nam een wet aan die het mogelijk maakte om Nederlandse militairen uit te zenden. Ferry: “In 1959 was ik gestationeerd in Hollandia waar onze voornaamste taak bestond uit het bewaken van de gouverneur. Daarnaast voerden we patrouilles uit In Demta in het noorden van Hollandia en de Tanah Merah Baai waar regelmatig Indonesische infiltranten gedropt werden die we te pakken moesten zien te krijgen. Vooral in de omgeving van FakFak en de Vogelkop werd hevig gevochten.”
Brandenburg van den Gronden raakt op 22-jarige leeftijd betrokken bij een incident met de plaatselijke jonge mannen dat hem bijna het leven kost. Maar het is tegelijkertijd ook een keerpunt in zijn leven. “Ik liep het risico om voor de krijgsraad te moeten verschijnen. Als ik zou bijtekenen kon ik met een multidisciplinaire expeditie mee die onder andere de flora en fauna van het Sterrengebergte, in Centraal Nieuw Guinea, in kaart zou brengen. Tot die tijd was het gebied namelijk een ‘witte vlek’ op Nederlands grondgebied. De expeditie zou begeleid en bewaakt worden door een detachement mariniers.
Die kans wilde ik niet voorbij laten gaan. De inschrijving was eigenlijk al gesloten, maar toen ik bij de kampcommandant aangaf dat ik gezien mijn opleiding voor de botanici van nut kon zijn kon ik alsnog mee.” De taken voor de mariniers bestond uit het begeleiden en bewaken van expeditieleden, opzetten van bivaks en de opvoer van voeding en materieel verzorgen. “Ook waren we verantwoordelijk voor het radiocontact, en hielp ik regelmatig bij de determinatie van planten en dieren.”
De tocht door het ongerepte oerwoud was bijzonder zwaar. Eerst de beklimming van de Antaris, later naar de Julianatop. “In dit gebied waren nog nooit blanken geweest en men was bang dat er koppensnellers zouden wonen. Dat bleek niet zo te zijn. De bevolking was juist erg vredelievend.” De expeditie kende veel hindernissen waarbij het oerwoud niet voor niets wordt omschreven als ‘De Groene Hel’.
“Tijdens een bivak hadden we geen voedsel. We bevonden ons op een uitloper van de Antaris op ongeveer 2300 meter hoogte. De helikopter die ons zou bevoorraden kwam uit het lager gelegen dal en zou bij ons landen op een klein platform, gemaakt van boomstammetjes.” Dat verliep echter niet zoals gepland. “Ik hoorde de helikopter ineens vol gasgeven. Door een valwind werd hij uit balans gebracht en raakte het platform. Het toestel sloeg over de kop, de rotorbladen vlogen over mijn hoofd en knapten af. De koepel waarin de piloot zat kwam op zijn kop terecht. Ik hoorde de kerosine sissen en dacht; als hij maar niet dood is.” Gelukkig kon ik hem redden en overleefde de piloot het voorval. Hij kwam er met slechts lichte verwondingen vanaf.
“Ik heb een avontuurlijk leven gehad met als basis deze expeditie,” vertelt Brandenburg van den Gronden openhartig. “Je was steeds op jezelf aangewezen. Het heeft de loop van mijn verdere leven bepaald, en ik heb er later een boek over geschreven. Ik voel nog altijd de trots dat ik bij het Korps Mariniers heb gehoord; de kameraadschap, toewijding en eenheid. Dat voelt goed.” Op de rol van de Nederlandse overheid bij de overdracht van Nieuw Guinea kijkt hij met gemengde gevoelens terug.
In 1963 keerde hij terug naar Nederland om zijn jeugdliefde van school nog een keer te ontmoeten. Dat lukte. In juni zouden zij 56 jaar getrouwd zijn. Echtgenote Machteld Lemaire overleed echter in januari jl. Brandenburg van den Gronden werkte onder andere voor het Ministerie van Sociale Zaken en Rijkswaterstaat en startte medio ’80 zijn eigen onderneming. In 1985 belandde hij in Zoetermeer. “Ik zou hier nooit meer weg willen. Als ik bij de ‘Happy Moose’ over het water kijk dan geniet ik. Op 4 mei staat hij dan ook vol trots bij het monument in het Wilhelminapark. “Als eerbetoon aan de gevallenen die, waar dan ook ter wereld, gestreden hebben voor Vrijheid.”
Aanstaande zaterdag 27 juni 2020 is het veteranendag, zowel gemeente Zoetermeer als het Nationaal Comité Veteranendag maken er een bijzondere dag van om onze veteranen te bedanken.
De livestream van de gemeente start om 9:45 uur op zoetermeer.nl.
De NOS start om 12:45 uur met het uitzenden van het nationale programma. Meer informatie op veteranendag.nl